Dit hoofdstuk, dat bekendstaat als De Vertelling, is hoofdzakelijk gewijd aan de geschiedenis van Mozes en vestigt de aandacht op de voorspelling van Mozes die betrekking heeft op de komst van de Profeet (s.a.w.). Sommigen beweren dat dit hoofdstuk aan de Heilige Profeet (s.a.w.) werd geopenbaard in de plaats Djahfah, gedurende de reis naar Madinah na zijn vlucht uit Makkah (I‘Ab-AH). Volgens anderen werd echter alleen v. 85, dat een triomfantelijke terugkeer van de Heilige Profeet (s.a.w.) naar Makkah voorspelde, daar geopenbaard (AH). Die laatste lijkt de juiste zienswijze. Zie de inleiding van het 26e hoofdstuk.
De gelijkenis van de Profeet (s.a.w.) met Mozes is het hoofdthema van dit hoofdstuk, en de openbaring van Mozes wordt hier genoemd als duidelijk bewijs van de waarheid van de openbaring van de Heilige Profeet Moehammad (s.a.w.). De eerste vier paragrafen worden in beslag genomen door een opsomming van de belangrijkste gebeurtenissen uit het leven van Mozes, van zijn geboorte tot het moment dat hij de Israëlieten met succes uit Egypte leidde. Ook wordt er melding gemaakt van de verdrinking van de Egyptische legers. Hier vinden we wel details uit die periode die nergens anders gegeven worden. De vertelling van Mozes wordt gevolgd door de vijfde paragraaf, die aangeeft dat er nu een profeet zoals Mozes was opgestaan, voor wiens waarheid de openbaring van Mozes een duidelijke getuigenis vormde. De zesde paragraaf bevestigt de waarheid van de openbaring van de Qoer-ān, terwijl de zevende laat zien dat zijn tegenstanders verslagen zullen worden. De achtste paragraaf noemt het voorbeeld van Korach, wiens rijkdom hem tot zijn ondergang leidde, en vormt een waarschuwing voor de tegenstanders dat zij niet teveel vertrouwen moeten hebben in aardse bezittingen. Het zou ook een waarschuwing kunnen zijn voor de moeslims, die betrekking heeft op de tijd dat zij rijk en machtig zullen zijn. Het hoofdstuk eindigt met een aankondiging van de uiteindelijke overwinning van de Heilige Profeet (s.a.w.), en van zijn triomfantelijke binnenkomst in dezelfdse stad waaruit hij nu verdreven werd.
De gelijkenis van de Profeet (s.a.w.) met Mozes is het hoofdthema van dit hoofdstuk, en de openbaring van Mozes wordt hier genoemd als duidelijk bewijs van de waarheid van de openbaring van de Heilige Profeet Moehammad (s.a.w.). De eerste vier paragrafen worden in beslag genomen door een opsomming van de belangrijkste gebeurtenissen uit het leven van Mozes, van zijn geboorte tot het moment dat hij de Israëlieten met succes uit Egypte leidde. Ook wordt er melding gemaakt van de verdrinking van de Egyptische legers. Hier vinden we wel details uit die periode die nergens anders gegeven worden. De vertelling van Mozes wordt gevolgd door de vijfde paragraaf, die aangeeft dat er nu een profeet zoals Mozes was opgestaan, voor wiens waarheid de openbaring van Mozes een duidelijke getuigenis vormde. De zesde paragraaf bevestigt de waarheid van de openbaring van de Qoer-ān, terwijl de zevende laat zien dat zijn tegenstanders verslagen zullen worden. De achtste paragraaf noemt het voorbeeld van Korach, wiens rijkdom hem tot zijn ondergang leidde, en vormt een waarschuwing voor de tegenstanders dat zij niet teveel vertrouwen moeten hebben in aardse bezittingen. Het zou ook een waarschuwing kunnen zijn voor de moeslims, die betrekking heeft op de tijd dat zij rijk en machtig zullen zijn. Het hoofdstuk eindigt met een aankondiging van de uiteindelijke overwinning van de Heilige Profeet (s.a.w.), en van zijn triomfantelijke binnenkomst in dezelfdse stad waaruit hij nu verdreven werd.